2002: Opgeblazen Gedoe (de optocht)
Thema van de optocht
Wagenwielen en rooie ruggen
In vroeger eeuwen kon men de rijkdom van een stad aflezen aan de hoogte van de kerktoren.
Vaak werd vol goede moed begonnen aan zo’n mega-project.
En was dan halverwege het geld op, dan stopte de bouw. Den Bosch is daar een kenmerkend voorbeeld van: de Sint Jan werd nooit afgebouwd zoals hij bedoeld was. In Den Bosch schijnt het ook nog een tijdje een gewoonte geweest te zijn om je rijkdom te tonen door op straat met zilveren munten te strooien.
Wij willen dit opgeblazen gedoe verbeelden. Letterlijk. Door een toren op te blazen zolang er met geld gesmeten wordt, en hem weer in te laten zakken (leeg te laten lopen) als de geldbuidel leeg is.